Hans Snoeijen

Hans Snoeijen is een selfmade architect en doet dingen vanuit zijn ‘gut feeling’. In deze editie van 'Architect aan het woord' vertelt hij meer over hoe hij in het vak terechtgekomen is en waarom hij de horeca nog niet helemaal los heeft gelaten. Ik spreek hem in de studio van Satelliet, volgens Hans een plek waar je de vrijheid krijgt die je als ontwerper nodig hebt.

Ik ontmoet Hans Snoeijen vandaag in onze studio. Hans is een man van heel veel: veel projecten, veel enthousiasme, veel visie, veel creativiteit en veel inspiratie. Toch is hij pas later in zijn carrière het creatieve vak ingerold, en vond hij zijn weg naar de rol van architect via de horeca. Dit begon ooit met een eerste eigen cafeetje, dat werd een grotere horecazaak en voor hij het wist ging hij hobbymatig steeds meer projecten ontwikkelen. Dat hobbymatige mag hij ondertussen wel achterwege laten. Met veel succesvolle projecten op zijn naam en zijn eigen bureau RiGOUREUS is Hans uitgegroeid tot een bekende speler in de interieurbranche. Toch kan hij de horeca zelf nog niet loslaten.

“Als ik een idee voor een concept heb, wil ik het gewoon uitvoeren. Gelukkig kan ik veel van mijn ideeën kwijt in projecten van anderen, maar soms is het ook gewoon te leuk om het niet zelf te doen. Dit doe ik dan samen met iemand die de zaak wil gaan draaien. De focus ligt namelijk wel op het ontwerpen”, zegt Hans.

Een van zijn laatste projecten is restaurant Guulke in Nederweert. Zo’n 15 jaar geleden klopten de eigenaren bij hem aan om het interieur van hun zaak vorm te geven. Nu, al die jaren later, namen ze opnieuw contact op. Hans vertelt: “De eigenaren van Guulke hebben mij destijds benaderd na het zien van mijn zaak en gezegd: ‘wij willen dat jij onze zaak ook gaat doen’. Dat hebben we toen helemaal in mediterrane sferen gedaan.” Nu was het tijd voor een restyling. Hans vertelt verder: “De laatste jaren waren stijlen door elkaar heen gaan lopen, dus het doel was om alles weer samen te trekken naar één geheel. Constructief hebben we weinig veranderd, we hebben vooral veel van de mediterrane kleurtjes en details ‘weggegumd’ en de kwast er flink doorheen gehaald zodat we begonnen met een rustige basis”, zegt Hans.

Toen was het meubilair aan de beurt. “Ja, en daar wilden we dus graag voor een opvallend stofje gaan, dat kon nu met een rustige basis. Keuzes moet je vaak uitleggen tegenover je klant. Ik ben een eigenwijze architect, en ook ik vind het wel eens spannend hoe bepaalde dingen uit gaan pakken. En denk je misschien, daar heb je toch tekeningen voor? Wij kiezen er bewust voor om niet álles te visualiseren. Dat kunnen we wel, maar dat vind ik jammer. Dat haalt het verrassingseffect een beetje weg. Dat is denk ik het verschil tussen mij en een ‘traditionele’ architect. Maar wat dan wel fijn is, is het hebben van een plek als deze”, zegt Hans terwijl hij de studio in gebaard.

Hij gaat verder: “Hier kun je dingen laten zien en dat straalt een stukje professionaliteit uit naar de klant. Sommige ideeën hadden ze hun twijfels over, maar dat is natuurlijk ook niet raar als je een goedlopende zaak hebt. Er is altijd de angst dat het na verandering minder wordt. Wat dan helpt is om ze te laten zien wat wel, maar ook wat niet werkt. Die opdrachtgever kan overal een stoeltje kopen, maar dat wij samen kunnen bepalen hoe dat stoeltje eruit komt te zien, dat komt hier echt tot uiting. Hoe fijn is het dat je hier alles bij de hand hebt.”

Op de vraag waar hij dan zijn inspiratie vandaag haalt, hoeft hij niet na te denken. “Overal! Alles is voor mij inspiratie. Zo kan ik geen film kijken zonder daarna de verschillende locaties in een film op te zoeken. Daarnaast merk ik zelf dat ik fases heb. Zo zit ik nu in mijn ‘50s fase met veel kleur. Ik hou van authenticiteit, en dat zal je dan ook altijd terugzien in de projecten die ik doe. Authenticiteit en een randje. Ik hou van perfecte imperfectie,” sluit Hans met een glimlach af.

Gerelateerde artikelen: