De Hoop: van ijssalon tot horecazaak met 'wow'-factor
De klassieke IJssalon - mét het Italiaanse designinterieur - verbouwen, zouden ze dat wel doen? Zowel de grote schare vaste klanten als haar vader vonden het nog niet nodig. Caroline Kooij, vierde generatie in het familiebedrijf, en haar man Daan Berghout, besloten toch die enorme investering aan te gaan.
Ambitie
“Het begon met de apparatuur, die plek stond vast en kon niet worden vervangen. Als we dan toch moesten verbouwen, dan maar gelijk goed”, vertelt Caroline. Haar man - de meest zakelijke van het stel - kwam met het plan de ijssalon te vergroten. Waar nu tafels en stoelen staan, zaten Caroline en Daan vorig jaar nog te ontbijten met hun twee jonge kinderen. “Dit was óók ons huis. Daan stelde voor te verhuizen, zodat de zaak kon groeien.”
Dat was in 2016, en al gauw begon het idee te rijpen. “De zaak zou twee keer zo groot worden, maar wij wilden de sfeer behouden, en alle generaties blijven aanspreken.” Haar ‘Hoop’: het ultieme ijsmoment vormgeven. Die ambitie sluit naadloos aan bij Carolines passie voor ijs. “Toen ik op mijn twaalfde begon met werken, zei ik al tegen mijn moeder: “als ik dit mijn hele leven kan doen, ben ik gelukkig”. Mijn ouders meenden echter dat ik meer kon dan mensen bedienen en ijsjes scheppen. Het werd de Hotelschool. Na een carrière op de Holland Amerika Lijn, bleek De Hoop alsnog Carolines roeping. “Mijn vader wilde stoppen en had geen opvolger. Als vanzelf nam ik de ijsspatel over.” Nog geen drie jaar later sleepte Caroline in 2009 met haar chocolade-ijs de titel ‘IJssalon van het jaar in de wacht’, in 2011 werd ze geïnaugureerd tot SVH Meesterijsbereider en in 2016 werd ze IJssalon én vakvrouw van het jaar.
Roze in de hoofdrol
De lat ligt altijd hoog bij Caroline, alles moet tot in alle details van het product kloppen. Dat heeft ze van haar vader, zegt ze glimlachend. Ze wijst naar het toilet: een roze beleving met aan het plafond hangende ijshoornlampen met lichtbollen erin. “Mijn vader zei altijd: ‘toon me het toilet en ik ken uw zaak’. Ons nieuwe interieur moest de competitie aan kunnen met die standaard.” Maar ook met al het goddelijks dat dagelijks in de hoorntjes en coupes wordt geschept: ijs gemaakt van de beste ingrediënten: Siciliaanse pistachenoten, chocola van Callebaut.
Alles begon met een enorme halfronde vitrine, met genoeg plek voor 54 bakken ijs; 36 standaardsmaken en elke dag twee specials. “Toen we drie jaar geleden met De Horeca Fabriek in gesprek gingen, hadden we die vitrine al gekocht - in Italië uiteraard. Daar konden we dus letterlijk en figuurlijk niet meer omheen”, memoreert Caroline. Een aantal creatieve sessies later, nam de ontwerper hen mee naar Inspirium Amsterdam, waar ook Satelliet gevestigd is. “Daar kregen we het ontwerp op een enorm scherm gepresenteerd, een duizelingwekkend moment.” Nog vele sessies zouden volgen, maar de basis was gelegd: veel tinten roze, stoelen en banken met zachte groene bekleding, marmerlook op de bar en - net als in de oude zaak - veel messing accenten.
Met de keuze voor roze borduurt Caroline Kooij voort op - zoals haar man dat noemt - het ‘familie-erfgoed’. “Dit is geen erfenis, maar een stukje cultuur, zo leert hij mij”, aldus Caroline. “Het roze uit het vorige interieur heeft nu een hoofdrol; op de wand, het plafond, in tegels en in de flamingostoeltjes onder het raam.” Samen met pistachegroen, een bijzondere terrazzovloer met grote roze schotsen erin en handgemaakte diepgroene tegels is de sfeer even uniek als internationaal te noemen. Daarnaast fijn dat we C&R Hospitality Services hebben gevonden. In het bouwproces hadden we te maken met zo veel partijen; zij zorgden voor de nodige bouwbegeleiding.
Traditie
“Voor de mensen uit ’t Gooi is het een traditie; ijs eten, het liefst elke week en op elk moment van de dag, regen of zon. Dat ijsmoment krijgt nu de ultieme omgeving en beleving, zo hopen we ook nieuwkomers te verleiden.” De zachte banken en stoelen - ‘bekleding was een dingetje, maar met deze afneembare ‘wonderstof’ geen probleem - de warme sfeer, de ruimte binnen én buiten op het nieuwe terras; ze maken van de ijssalon een echte horecazaak. En dat zonder alternatieve producten, maar alleen met ijs, van hoorntjes tot coupes en ijstaarten. “Daan en ik hebben allebei hotelschool gedaan en in de horeca gewerkt, dit vinden we echt leuk.”
Op zondag 26 februari opende de nieuwe IJssalon De Hoop de deuren, een goed getimed moment. “Ik wilde per se wachten tot die eerste mooie zondag in februari, waarvan je weet dat ‘ie elk jaar komt”, vertelt Caroline. Toen de weergoden zon voorspelden, prikte ze tien dagen later de opening. “Die zondag was een spektakel, vol ‘oh’s’ en ‘ah’s’ en alleen maar blije gezichten.” Alle generaties keurden het interieur unaniem goed, net als de twee kranen waaruit continu warme chocolade stroomt, en het als vanouds lekkere ijs. Waar ze het meest gelukkig mee is? “Dat mijn klanten het mooi vinden, we hebben het vooral voor hen gedaan. Dat een tachtigjarige dame me zegt: ‘ik kom hier al zestig jaar, en het voelt nog steeds echt als De Hoop.’ Ik vind het fijn dat mensen hier herinneringen kunnen maken, tradities. En dat met een ijsje…”
